Natte teelten
Het doel van deze deelexpeditie was om in kaart te brengen in hoeverre natte teelten een optie zijn om bodemdaling en de uitstoot van broeikasgassen te remmen. De deelexpeditie helpt bovendien agrarische ondernemers, overheden en financiers om antwoord te krijgen op vragen als: wanneer zijn natte teelten rendabel, is het mogelijk om een productieketen (vraag en aanbod) te ontwikkelen, welke regelgeving moet ervoor worden aangepast en staan financiers onder de gegeven omstandigheden wel open voor dergelijke innovaties.
Daarnaast leiden verschillende experimenten in ons land ook tot vragen over bijvoorbeeld het gegeven dat een gewas op de ene plaats wél aanslaat en op de andere niet. Dat op de ene plaats geen bemesting nodig is terwijl dat op de andere wel moet plaatsvinden. Wat past op welke plaats? Door alle kennis rondom natte teelten te bundelen kan er gerichter onderzoek plaatsvinden.
Er is sinds de afronding van de NKB-deelexpeditie Natte teelten veel nieuw onderzoek opgestart en kennis opgedaan en er is door STOWA veel zorg en aandacht besteed aan de Deltafact.
Er is een nieuwe deltafact over Natte Teelten op de Stowa website.
Natte teelten en waterrijk veen
In het thema Natte teelten wordt onderzocht of het verbouwen van gewassen onder natte omstandigheden een duurzaam alternatief of een aanvulling kan zijn op de melkveehouderij. Het doel is om het land op een productieve manier te benutten, terwijl gelijktijdig bodemdaling en de uitstoot van broeikasgassen worden verminderd. Daarnaast wordt er gestreefd naar het aanpakken van water- en biodiversiteitsuitdagingen.
Op de website van VIP-NL is meer informatie te vinden over dit thema.
Wat gebeurt er op dit moment?
Om antwoord te krijgen op de vele vragen worden o.a. veldexperimenten uitgevoerd. Deze concentreren zich met name op drie locaties in Nederland: in het Ilperveld in Noord-Holland, in Veenwouden in Friesland en in Zegveld in Utrecht. Op deze plekken wordt kennis en ervaring opgedaan. De deelexpeditie legt de verbinding tussen de diverse programma’s en experimenten door kennis te bundelen. Het doel hiervan is tweeledig: enerzijds van elkaar leren, anderzijds om een gezamenlijk signaal te geven richting betrokken overheden.
Het is inmiddels wel duidelijk dat het ontwikkelen van een sector voor natte teelten, zoals bijvoorbeeld lisdodde, een lange adem heeft. Dit duurt zo’n 10 tot 15 jaar. Een periode waarin diverse bestuurders elkaar opvolgen. De deelexpeditie kan hen ondersteunen bij het positie bepalen ten aanzien van natte teelten.
Welke gewassen zijn geschikt voor natte teelten?
Niet alle gewassen houden ervan om met hun wortels in het water te staan. Lisdodde, riet, miscanthus (olifantsgras), azolla (kroosvaren), wilg en cranberry lijken voorlopig het meest geschikt. De lisdodde komt vooralsnog als beste uit de bus. Er wordt al mee geëxperimenteerd voor het maken van textiel en isolatiemateriaal. Maar ook de cranberry doet het goed op percelen die in de winter volledig onder water worden gezet. Zo hoopt The Cranberry Company in de Krimpenerwaard eind september op hun achttien hectare grote perceel weer volop knalrode cranberries te kunnen oogsten, die dankzij de hoge waterstand geen last hebben gehad van de zomerse droogte.
Textiel van lisdodde
Iris Veentjer van Studio I Focus onderzoekt hoe zij van de lisdodde textiel kan maken. Vooral de vezels in de bladen van de plant laten zich vrij gemakkelijk losmaken. Iris weeft deze vezels tot draden en gebruikt die dan om textiel van te maken. De eerste stukjes van stof uit lisdodde zijn een feit! Bekijk hier de video:
Wonen in Lisdodde
Er zijn al producenten die constructie- of isolatieplaten maken van lisdodde. Maar de aannemer moet er wel mee willen bouwen, de klant moet het willen kopen en de boer moet het willen telen. Hoe pak je dat aan en zorg je dat platen van lisdodde succesvol op de markt komen? Adviseurs Hans Slootweg en Andrea Zierleyn van ORG-ID hebben als projectleiders samen met vele partijen uitgezocht wat er nodig is om deze keten voor lisdodde op gang te brengen. RVO/Duurzaam Door, Provincie Zuid-Holland en de gemeente Krimpenerwaard hebben dit traject als gezamenlijke opdrachtgevers mogelijk gemaakt. Bekijk hier de video:
Resultaten deelexpeditie Natte Teelten
De Deelexpeditie Natte Teelten is in 2020 afgerond en omgevormd tot een Kennismakelaarschap. De conclusie van de deelexpeditie is dat het nog te vroeg is om de vraag in hoeverre natte teelten een optie zijn om bodemdaling en uitstoot van broeikasgassen te remmen te beantwoorden. Wel zijn er voldoende redenen gevonden om dit verder te onderzoeken.
De deelexpeditie heeft overigens wel geresulteerd in een netwerk waarin verschillende partijen kennis delen, kennishiaten definiëren en kennis ontwikkelen.
In de factsheet van het Nationaal Kennisprogramma Bodemdaling die over deze deelexpeditie in 2018 is gemaakt (geactualiseerd in 2021) vind je naast een overzicht van kennis ook aanbevelingen voor verdere stappen. Ook vind je er onder meer een overzicht van studies in het buitenland.